Een les vol psychologie

Vandaag stond de les in het teken van psychologie.

Voor de pauze stond de les in het teken van pesten. We hebben een stukje uit de film “Spijt!” gekeken. Hierin kwam een scene voor waarin een jongen gepest wordt door andere kinderen en zijn klasgenoten er niets aan durven te doen. Deze scene hebben we na gespeeld. Steeds weer speelden we de scene een beetje anders: We bekeken samen hoe iedereen zich anders zou kunnen gedragen en of er daardoor iets verandert bij de anderen. Zo kwamen we samen op veel goede ideeën over hoe je als klas ermee om kunt gaan als er iemand in de klas gepest wordt. Bijvoorbeeld: Als je ziet dat iemand gepest wordt, dan neem je het voor diegene op of vertel je het aan een juf of meester. De groep concludeerde samen dat zij bij LeukOmteLeren pesten niet accepteren: het moet hier namelijk leuk zijn om te leren. Iedereen wilde er dan ook samen voor zorgen dat alle kinderen in de groep het leuk vinden om naar LeukOmteLeren te komen.

Kort voor de pauze mochten we lootjes trekken: hierop stond de naam van een van de groepsgenoten. De opdracht: ontdek in de pauze waar diegene blij van wordt en vertel dit na de pauze aan de groep én geef deze persoon een compliment. Na de pauze werden de complimenten uitgedeeld en in ontvangst genomen: het waren hele mooie complimenten. Bijvoorbeeld: “je kan goed voetballen”, “je kan goed debatteren” of “je hebt een hele mooie trui aan”. Na het rondje complimenten hebben we nog verschillende samenwerkingsopdrachten gedaan. Bijvoorbeeld: hoe krijg je iedereen op een rij van groot naar klein zonder te praten?

Al met al was het een leerzame dag waarbij de kinderen ook veel over elkaar én over psychologie te weten zijn gekomen.

Ayman schreef over vandaag:

We gingen toneelspelen over de film “Spijt”. Eerst hebben we de film gekeken. Toen gingen we het letterlijk naspelen. Daarom gingen we de scene een beetje anders maken; hoe Jochem (de jongen die gepest werd) ook kon reageren.

Daarna hebben we een spel gedaan: we gingen een kring vormen. Twee personen mochten er niet bij. Zij wilden er wel bij. Hoe konden ze erbij komen?